30 - Bromfiets en snorfiets op de rijbaan -> effectief

De maatregel ‘bromfiets op de rijbaan’ houdt in dat brommers op de meeste plaatsen binnen de bebouwde kom gebruik moeten maken van de rijbaan. Waar dat echt niet kan, is een apart fiets-/bromfietspad een oplossing.

Deze factsheet hoort bij de risico-indicator Veilige infrastructuur 

   
De maatregel 'bromfiets op de rijbaan' heeft aantoonbaar geleid tot minder bromfietsongevallen.[i] Tot op heden is de maatregel ‘snorfiets op de rijbaan’ alleen in de gemeenten Amsterdam en Utrecht ingevoerd. Uit evaluatieonderzoek in Amsterdam is eenzelfde positief effect aangetoond.[ii]

1. Bromfiets op de rijbaan
Sinds 15 december 1999 mogen bromfietsen binnen de bebouwde kom niet meer op een ‘verplicht fietspad’ rijden (een pad dat is aangeduid met bord G11 uit het Reglement verkeerregels en verkeerstekens 1990). Wegbeheerders kunnen hierop een uitzondering maken met het verkeersbord G12a: ‘verplicht fiets/bromfietspad’. Dat geldt met name voor solitaire fiets-/bromfietsroutes, korte verbindingspaadjes en voor wegen met een snelheidslimiet van 70 km/uur of hoger. 
 
Om de bromfietser op de rijbaan beter te laten meerijden met het verkeer, is de toegestane snelheid van bromfietsers binnen de bebouwde kom in 2008 verhoogd van 30 naar 45 km/uur (op rijbanen).
 
Effect van de maatregel
Uit een evaluatiestudie blijkt dat de maatregel heeft gezorgd voor een daling van 15% in het aantal bromfietsongevallen.[iii] Zowel het aantal ongevallen tussen brommers en fietsers/voetgangers als het aantal ongevallen tussen bromfietsen en auto's op kruispunten is gedaald. 
 
2. Snorfiets op de rijbaan
Snorfietsers mogen wel op het fietspad rijden, omdat ze minder hard rijden dan bromfietsers (maximaal 25 km/uur). Bij erg drukke fietspaden kan de wegbeheerder snorfietsers wel verplichten om op de rijbaan te rijden. Het G11-bord verplicht fietspad wordt dan voorzien van een onderbord ‘snorfietsen niet toegestaan’. Sinds 8 april 2019 is dat in de gemeente Amsterdam het geval en vanaf 30 september 2021 in de gemeente Utrecht.
 
Effect van de maatregel
Evaluatieonderzoek[iv] in de gemeente Amsterdam laat een sterke daling van het aantal geregistreerde ongevallen zien in het eerste jaar na het nemen van de maatregel. De daling is niet alleen het gevolg van een afname van conflicten op het fietspad doordat de snorfiets naar de rijbaan is verplaatst. Ook intensieve handhavingscampagnes, een helmdrachtplicht en afname van snorfietsgebruik hebben bijgedragen aan de daling. 
 
Ondersteunende infrastructurele maatregelen
De overgangen van brom- en snorfietsers van het fietspad naar de rijbaan en vice versa moeten zorgvuldig worden vormgegeven. Denk hierbij aan uitgebogen of verbrede tussenbermen om brom-/snorfietsers veilig te laten mengen op de hoofdrijbaan. De ASVV-richtlijnen bieden hier handvatten voor.
 
Meer informatie
Factsheet Brom- en snorfietsers (SWOV)
ASVV 2021, Hoofstuk14, paragraaf 3:4 (CROW)

Bronnen
[i] AVV (2001). Evaluatie verkeersveiligheidseffecten 'Bromfiets op de rijbaan'. Directoraat-Generaal Rijkswaterstaat, Adviesdienst Verkeer en Vervoer, Rotterdam.
[iii] AVV (2001). Evaluatie verkeersveiligheidseffecten 'Bromfiets op de rijbaan'. Directoraat-Generaal Rijkswaterstaat, Adviesdienst Verkeer en Vervoer, Rotterdam.
[iv] Evaluatierapportage Snorfiets naar de rijbaan, Gemeente Amsterdam, Status definitief, December 2019

© Copyright 2024 Kennisnetwerk verkeersveiligheid - Privacy statement - Cookie statement - Disclaimer - Voorwaarden
Scroll naar boven